
Karnemelk is ontstaan als bijproduct. Het is namelijk een overblijfsel na het karnen van melk. Hierbij komt vet vrij en dat klontert zoals boter aan elkaar. Wanneer je die klonten weghaalt, blijft er een zure vloeistof over: karnemelk. Liefhebbers drinken het gewoon zo op, je kunt het ook gebruiken in een baksel. En dan heeft het nog een speciale functie ook.
Karnemelk als zure tegenhanger
Wanneer er veel rijsmiddel in een baksel zit, kan dat een vieze, chemische smaak geven. Het gaat dan om baksoda, baking soda of ook wel natriumbicarbonaat genoemd. Om dat te neutraliseren is er een zuurtje nodig. Zoals azijn, yoghurt of dus karnemelk.
Daarnaast reageren karnemelk en baking soda goed op elkaar. Een reactie komt hierbij op gang, waardoor CO2 vrijkomt. Dit creëert bubbels en dat maakt je beslag luchtiger én smeuïger. Dit effect krijg je niet met alleen gewone melk.
Extra fluffy pannenkoeken
Een goed voorbeeld zijn pannenkoeken. Hou je van die dikke, fluffy pannenkoeken? Voeg dan eens karnemelk toe in plaats van gewone melk. Samen met het zelfrijzende bakmeel in American pancakes krijg je heerlijke luchtige pannenkoeken.
Voeg het toe aan scones, red velvet en wafels
Ook scones worden gemaakt met karnemelk. Die rijzen in de oven ook mooi en ze krijgen die bekende structuur. En wat dacht je van een red velvet taart? Om de baking soda te compenseren gaat hier ook karnemelk in. Het resultaat? Een super smeuïge taart. En wil je meer smaak geven aan je Brusselse wafels? Maak ze dan eens met gekarnde melk in plaats van met gewone melk.
Reageren
Je kunt op dit moment niet reageren.