Zuurdesembrood is een brood dat je maakt met een basis van meel en water. Instant gist hoef je niet toe te voegen, want met een zuurdesemstarter zorg je zelf voor het gistproces. Wil je weten hoe dit zit? Lees dan gauw verder!

1. Een zuurdesemstarter

Het hele proces start met een zuurdesemstarter. Dat is een mengsel van meel met water. In de video van Robèrt zie je dat hij er ook nog andere ingrediënten aan toevoegt. Doe eenzelfde verhouding (rogge)meel en water in een weckpot. Laat dit enkele dagen op kamertemperatuur fermenteren. Haal dagelijks de helft van het mengsel eruit en doe dan een zelfde verse hoeveelheid meel en water bij het mengsel. Na een week heb je dan je eigen desemstarter gemaakt.

Weten wat het verschil is tussen een desemstarter en instant gist?

Volg het broodcollege van Robèrt

2. Het water

Gebruik voor de desemstarter water van ongeveer 35 graden. Gist neemt namelijk het beste toe bij die temperatuur. En je wilt graag dat je desemstarter steeds meer wordt om er uiteindelijk een brood van te kunnen bakken.

3. Mengen

Zorg dat er zo min mogelijk gluten ontstaan tijdens het maken van je desemstarter. Meng daarom de bloem en het water met een spatel en niet met een mixer of keukenmachine.

4. Blijven voeden

Je desembrood kun je vaker gebruiken om meerdere broden mee te maken. Maar je moet het wel blijven ‘verzorgen’. Blijf het dus dagelijks voeden, zoals in stap 1, en zet het dan weer terug in de koelkast.

5. Het deeg

Maar hoe kom je van die desemstarter uiteindelijk bij je zuurdesembrood? Gebruik voor het maken van je deeg maximaal 30% van je desem. Op een kilo bloem betekent dat dus dat je maximaal 300 gram desem gebruikt. Kneed dit door elkaar tot een deeg. Laat het anderhalf uur rusten op 30 graden en bak het dan in een oven op 240 graden voor ongeveer een uurtje.

Desembrood bakken met Robèrt

Benieuwd naar hoe Robèrt een desembrood bakt? Lees dan dit artikel én bekijk de video.

Desembrood bakken met Robèrt